Bij acht stembureaus die bij de vorige gemeenteraadsverkiezingen een goede afspiegeling vormden van Leids stemgedrag, hield de universiteit Leiden op 21 maart een exit poll. Ruim 5.000 kiezers, ca. 10% van het aantal uitgebrachte stemmen, beantwoorden vragen zoals waarop men vier jaar geleden stemde én of lokale of landelijke factoren kiezerskeus bepaalden. D66 verloor ongeveer de helft van haar kiezers uit 2014 en bij 45 % van de geënquêteerden bepaalde plaatselijke factoren hun keus, volgens het onderzoek.
Prof. Jelke Bethlehem, sommigen noemen hem de ‘peilprofessor’, zocht het precies uit. Bethlehem: “Bij verlies en winst van partijen denkt men altijd ééndimensionaal (een partij wint of een partij verliest), maar de werkelijkheid is ingewikkelder”. Bij het verlies van D66 en de winst van GroenLinks blijken uit de grafieken die Bethlehem maakte wel min of meer de zelfde partijen betrokken te zijn. Bethlehem: “Bij de uitgang van D66 was het erg druk, een drukte vergelijkbaar met die bij de ingang van GroenLinks en met ongeveer de zelfde mensen”. Waren het dus alleen overlopers van D66 naar GroenLinks? Bethlehem: “Neen, de werkelijkheid is complexer”.
D66 verloor ongeveer de helft van zijn stemmers van de vorige raadsverkiezing, er kwamen minder nieuwe bij waardoor deze partij van 12 (2014) naar 9 (2018) zetels daalde. Het waren oud SP; VVD ; PvdA; GroenLinks, CDA en anderen die D66 stemden. Maar nagenoeg de zelfde partijen, en wel in drievoud, keerden D66 de rug toe.
GroenLinks verdubbelde bijna haar aantal zetels van 5 (2014) naar 8 (2018). Haar winst kwam voor de helft van afvallige D66 stemmers, maar voor een substantieel deel ook van de PvdA en SP, CDA en wat VVD’ers. Het waren weer deze partijen die GroenLinks ook de rug toekeerden, maar hun aantal was slechts de helft van de verkregen aanwas.
Heeft onze ‘peilprofessor’ een verklaring voor deze kiezers bewegingen? “Ik ben een statisticus, analyse maken van stemgedrag is niet mijn vakgebied”, antwoordt Bethlehem. “Maar er zijn wel partijgroepen waarvan de stemmers in één teil rondklotsen”. Waardoor? Het ‘Klaver effect’, studentenstad, veel hoogopgeleide kiezers, protesten tegen hoogbouw in de Merenwijk? “Ja, ja ’t kan allemaal”, antwoordt Bethlehem.
Lokale of landelijke factoren?
Volgens landelijk onderzoek in 2014 door I&O Research onder 10.500 kiezers bleek dat 44% zijn stem baseert op plaatselijke factoren, een derde deel zegt zowel landelijke als lokale ontwikkelingen de stemkeuze bepalen en een kwart kiest op basis van landelijke politiek een partij.
De Leidse exit poll van de gemeenteraadsverkiezingen toonden een vergelijkbaar beeld. Bij de 5.130 geënquêteerden verklaarden 45% dat lokale factoren hun stem bepaalden. Bij 32% bepaalden zowel plaatselijke als landelijke factoren hun stemkeuze. Volgens hun zeggen speelde bij 9% Leidenaren vooral landelijke factoren de hoofdrol. De afwijking van dit percentage kan er in liggen dat de overige 15 % Leidse stemmers in hun antwoorden niet tot enige categorie teruggevoerd kon worden. Voor nader informatie zie www.jelkebethlehem.nl