Vorige week ontving burgemeester Henri Lenferink zijn collega’s Wouter Kolff uit Dordrecht en Pieter Verhoeve uit Oudewater voor het ondertekenen van de moderne vertaling van de notulen van 19 juli 1572, de eerste Vrije Statenvergadering. Deze bijeenkomst in Dordrecht wordt gezien als een eerste stap op weg naar een onafhankelijke Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, een voorloper van ons huidige Nederland.
Op 19 juli die dag bijna 450 jaar gelden reisden de Leidse burgemeester Jan van Brouckhoven en Meester Pouwels Buys, de stadspensionaris (gemeentesecretaris) naar Dordrecht voor een geheime vergadering. Het moest stiekem want de vorst, de Spaanse koning Philips de Tweede, mocht er niet van weten. Om die redenen was Willem van Oranje, hij was net hersteld in zijn functie van stadhouder van Holland, er zelf maar liever niet bij. Waarom wordt deze vergadering ruim vier eeuwen ater noch herdacht? Tijdens de vergadering werd het voorheen van de stadsbestuurders de vrijheid van geweten (godsdienst) opgetekend.
Lang bleven de twee burgemeesters verleden week woensdag niet kletsen bij Lenferink. De burgemeesters waren ‘on tour’, zij moesten die dag langs 13 steden bezoeken , de zelfde plaatsen die Willem van Oranje indertijd steunden (met geld) in de onafhankelijkheidsstrijd. Even een handtekening halen in Alkmaar, Edam, Enkhuizen, Gorinchem, Gouda, Haarlem, Hoorn, Medemblik, Monnickendam en Oudewater Delft en Amsterdam. Gelukkig voor hen, leven we niet meer in de tijd van de trekschuit
