Waar precies stond de beroemde ‘Lammen Schans’ precies, de Spaanse verschansing van waaruit Leiden werd aangevallen? Ja, de zelfde plek waar volgens de legende Cornelis Joppe op de ochtend van 3 oktober 1574 ontdekte dat de belegeraars waren afgedropen en hij hutspot vond in hun kampement?
Zondag trokken burgemeester Henri Lenferink en Zuid Holland Gedeputeerde Jeanette Baljeu er op uit met een grondboor om te speuren op de door GPS berekende plaats. Ontdekken zij een nieuwe archeologische schatkamer? Zou hun grondboor stoten op het (echte) keteltje waarin indertijd peen en ui pruttelde. “Dit is een zeer kansrijke locatie”, spoort de archeoloog zijn speciale gasten aan om het spannend te houden.
Volleybalveldje
De vindplaats van de Spaande Lamme Schans staat wel op oude kaarten, maar de exacte locatie is door verleggen van (water) wegen best lastig vast te stellen”, zegt de archeoloog. De Spaanse Lammen Schans lag aan De Vliet (Rijn Schiekanaal) en de Vrouwenvaart en langs de weg naar Zoeterwoude. De Spaande Lamme Schans was kleiner dan een volleybalveld en ca. 300 Spaanse soldaten gelegerd. De schans was versterkt met wallen en omringd door grachten.
Ongeveer twee jaar geleden nam Sjaak van der Gein, de eigenaar van de ‘Tuin van de Smit’ het initiatief voor een archeologisch onderzoek naar de Spaanse Lammen Schans. “Ik liep al jaren rond met het idee”, vertelt hij. “Leidenaren zeer geïnteresseerd in hun stadsgeschiedenis en met name in de periode van beleg en ontzet van onze stad”. Van der Gein zette een en crowdfundig actie op en wierf sponsors. Maar de belangrijkste financiële donatie kwam, vrij onverwachts, van de provincie Zuid-Holland die plannen smeedde voor de RijnlandRoute
Archeologisch schatkamer
Over enkele jaren wordt de Lammebrug (1960) vervangen, ze wordt hoger en breder. Alles rond de brug wordt overhoop gehaald. Voordien wil de Provincie ook meer weten over deze plek bij de brug, het is nu of nooit. Met het project loopt de Provincie wel enig risico. Vondsten kunnen de werkzaamheden van de brug en de Europaweg wel eens traineren. Maar de Provincie acht die kans niet groot en bovendien menen zij dat er nog volop tijd en ruimte is voor onderzoek.
De gelaagdheid in de aarde die door grondboringen aan het daglicht komt, zijn voor archeologen geschiedenisboekjes. De eerste grondboring deze middag is ‘t zand waarop de Europaweg ligt. De donkere aarde daarna, gewoon veen, is de gebruikelijk grondsoort in deze waterrijke streek. De archeologen staan met gespannen gezicht en gekruiste vingers op de rug. Zij hopen vurig op overblijfselen van de wallen en de schans te stoten. Na het beleg van Leiden zijn met de aarde wallen de grachten gedempt. En op die plek zijn misschien objecten te vinden die wat zeggen over de tijd van Leidens beleg. Zoals? Een mes en drinkbeker? “We weten ’t niet”, zegt een archeoloog dat is juist zo spannend, snap je”. “Als een soldaat toen zijn lepel brak, gooide hij die met een sierlijke boog in de gracht, Leiden had nog geen milieustraat”.