Medaillon van de Koning

De Burgerzaal In opdracht van de gemeente maakte beeldend kunstenaars, Maja van Hall (1937) een bronzen medaillon van koning Willem-Alexander ter gelegenheid van zijn 5 jarige koningschap. Woensdag werd het onthuld in de Burgerzaal van het stadhuis. In de Burgerzaal hangen al bronzen medaillons van Wilhelmina, Juliana en Beatrix. “De Koning heb ik zelf nooit ontmoet, ik werkte van beeltenissen”, zegt Van Hall.  “Maar ik heb zijn babyface een beetje volwassener gemaakt, wat  statiger, strenger een portret van een tijdloze monarch”.

Om een medaillon te maken moet eerst een mal gemaakt waarin brons wordt gegoten. De afmetingen van het koninklijke medaillon zijn 65 bij 55 cm. Het brons is met patin bewerkt, een oxide laag dat op lood, zink, koper en brons het metaal zijn natuurlijke kleur geeft. Maar er wel wat groenig uitziet en daardoor voor diepte zorgt.

Het stadhuis van Leiden kent een traditie van het afbeelden van staatshoofden. In 1951 werden op de achterwand van de Burgerzaal twee marmeren medaillons van Wilhelmina en Juliana aangebracht. Deze portretten zijn gemaakt door beeldhouwer Oswald Wenckebach (1895–1962). Maar in 1978 werd een schilderij door Pieter van Veen, De Spijziging der verloste Leidenaren, aan de achterwand van de Burgerzaal gehangen. Dit schilderij  was zo groot dat het over de twee medaillons hing. En omdat de marmeren medaillon niet verplaatst konden worden, werd er een bronzen afgietsels van de maken en elders in de zaal op te hangen. Hetzelfde jaar werd er ook een medaillon met het profiel van koningin Beatrix toegevoegd, gemaakt door Theresia van der Pant (1924–2013).

Omdat het klimaat in de Burgerzaal niet geschikt bleek voor  het schilderij van Pieter van Veen, werd het  in 2013 vervangen door , het veel kleinere, ‘Zicht op Leiden’ van Casper Faassen (1975). Nu zijn de marmeren medaillons van Wenckebach. De Burgerzaal hangt nu dus vol van koninklijke hoofden.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *