Staatssecretaris Raymond Knops (BIZA) trekt € 3 miljoen uit om bij voorbeeld gemeenten te leren duidelijker te communiceren met hun inwoners. Maar of zijn ‘Direct Duidelijk Brigade’ volgend jaar ook in Leiden landt, is twijfelachtig. Onze gemeente voelt zich geheel niet aangesproken op de kritiek over ambtelijk taalgebruik. Woordvoerder gemeente Leiden: “Het is goed dat hierover nagedacht wordt, ons uitgangspunt is helder, duidelijk en doelgroepgericht communiceren. We hanteren als uitgangspunt taalniveau B1”.
Uh, taalniveau B 1? Dát is mij niet duidelijk. Even googelen maar. Taalniveau B 1: ‘Ongeveer 80% van onze bevolking begrijpt teksten geschreven op taalniveau B1. Het bestaat voor het grootste deel uit veelgebruikte woorden. Gegarandeerd dat de essentie van je boodschap door uw lezers begrepen wordt’. En de gemeente vervolgt: ‘Team Communicatie verzorgt al een paar jaar workshops schrijven op B1-taalniveau, zowel voor individuen als voor teams en clusters, team Communicatie biedt de mogelijkheid om teksten te laten herschrijven, het team heeft ook B1-coaches opgeleid, alle bewonersbrieven (ongeadresseerd) lopen via team Communicatie om de tekstkwaliteit te borgen. Daarnaast zetten we in op het laagdrempelig verstrekken van informatie door bijvoorbeeld animaties, om laaggeletterden ook goed van dienst te zijn’. De essentie is duidelijk. Onze gemeente doet het gewoon hartstikke goed, vindt zij.
Jip en Janneke taal
Leiden zou ook het Rotterdams voorbeeld kunnen volgen. Daar kent men burger meelees teams. Er worden schrijfworkshops gehouden waar ambtenaren en (website) redacteuren hun teksten voorleggen aan een panel van ‘gewone’’ burgers. Ook gebruikt deze gemeente veel beeldbrieven, waar afbeeldingen de plaats innemen van teksten. Zij waarschuwt echter ook voor de gevolgen van B1 als ‘Jip en Janneke taal’. Te eenvoudig taalgebruik kan ook ergernis oproepen en haar doel voorbij schieten. Verdiep je in de ontvanger en stel daar je tekst op in, luidt het Rotterdams advies.
Waarom blijkt het toch zo lastig voor overheden zich taalkundig te verbeteren? Een officieuze reactie van de gemeente ambtenaar: “Omdat teksten soms juridisch heel nauw steken, en geen misverstand mogen oproepen, is de ambtenaar/schrijver erg voorzichtig. Deze zegsman denkt dat het er ook veel mee te maken heeft dat je als ambtenaar dagelijks omringd wordt door mensen die allemaal een speciaal soort taal spreken. Veel jonge ambtenaren beginnen met onbevangen taalgebruik, maar binnen drie maanden schrijven ze heel ambtelijk. Gewoon omdat ze denken dat het zo hoort. Bepaalde beroepsgroepen hebben daarbij een extra handicap. Juristen bijvoorbeeld. Die beginnen in brieven met een juridische redenering, om pas daarna de gevolgen voor de burger uit te leggen. De burger wil juist het omgekeerde.’
Behalve via brieven communiceert de gemeente ook via de politieke portal waar zij wekelijks de raadscommissie – en gemeenteraadsvergaderingen uitzendt. Zijn deze sprekers, onze gekozen politieke vertegenwoordigers zich voldoende bewust van hun plicht te communiceren? De gemeente: “Ja, daar ligt een taak voor hen”. De meeste Leidenaren hebben zich in de loop van jaren wel een mening gevormd of de gemeente adequaat communiceert. Is het oordeel gunstig?