Als je aan een gezelschap senioren vraagt wie slechte herinneringen heeft aan gymlessen op school, steekt ongeveer 1/3 van hen de vinger op. Waarschijnlijk zijn het de zelfde mensen die nu, vijftig jaar later, onder geen beding te porren zijn voor beweegclubs of sportscholen. Emoties, gestuurd door vroege ervaringen blokkeren beweeglust. Maar wat kun je er aan doen?
door Hans Schuurman
Sportief bewegen is gezond ‘t wordt iedereen ingepeperd. “Ik houd niet van zweten of ik span me al genoeg in met het huishouden”, is vaak de repliek. Deze laatste beweeg tegenstanders hebben overigens wel een punt. Vooral voor oudere mensen is voldoende beweging belangrijk, gezien het risico dat zij lopen op gewrichtsklachten, hoge bloeddruk en ouderdomssuiker. “Maar als ik er nou echt geen zin in heb en ik mankeer niets, waarom zou ik”, zegt de mevrouw die op de lagere school van het turnpaard afviel omdat de gymleraar niet oplette. Ook de gezette wat oudere heer die vroeger als dik jongetje bij wedstrijden altijd als laatste in een team gekozen werd, vindt studio sport op de Tv kijken de ultieme sport beoefening.
“Juist deze mensen zouden tot bewegen verleid kunnen worden”, zegt Annette van den Boom-Melman. Zij is een gepensioneerde gymlerares en voormalig fysiotherapeut en coacht elke maandag- en donderdagochtend de Vitality Club binnenstad. Tussen 09.00 en 10.00 uur sport zij samen met 10 á 20 senioren op de Burcht. In leeftijd variëren de deelnemers tussen 50 en 80 jaar. “Iedereen doet mee naar vermogen”, is haar credo, “en ze hebben veel lol met elkaar”. Na afloop de nazit en koffiedrinken. “Maar nu even niet”, zegt van den Boom bedroefd. “Corona, weet je, alles ligt stil, maar hopelijk pakken we de draad weer snel op”.
In het decembernummer van het wetenschappelijke tijdschrift ‘Preventive Medicine Reports’ stond een artikel over het Leidse beweegconcept, de Vitality Club. In deze beweegclubs voor en door senioren heeft een van hen de leiding. Volgens dit concept van de Academy of Vitality en Aging sporten deelnemers op doordeweekse dagen samen in de buitenlucht, waarbij de trainingen worden verzorgd door mensen uit de eigen groep, een vrijwillig die als trainer fungeert. Uit onderzoek hun bleek dat deelnemers bleven terugkomen en zich fysiek en mentaal gezonder gingen voelen. Aangetoond werd dat met bewegen de kans op een aantal ouderdomsziekten vermindert, zoals diabetes type II, artrose/slijtage, hoge bloeddruk, overgewicht, verlies van spiermassa en botontkalking.
“Om een keertje mee te doen met onze Vitality Club hoef je je niet op te geven, kom maar gewoon langs, doe mee en kijk of ’t je bevalt”, zo nodigde van den Boom haar buurtgenoten uit in een Leids Nieuwsblad artikeltje vlak na de zomer. Het resultaat verraste zelfs haar. De groep groeide op slag met 30%. Maar aan die aanwas zit ook een bezwaar.
“Onze groep wil nu niet verder groeien, de deelnemers willen elkaar persoonlijk kennen”, zegt van den Boom “Want anders komt de tweede doelstelling, onderling contact in het gedrang. Bij sommige ouderen wordt dan misschien de gevoelsmatig aversie tegen bewegen verdrongen door het vooruitzicht van goepsgezelligheid.
Thank you!!1