Met het vrijgevallen geld van het derde hockeyveld in het Roomburgerpark waarvan de aanleg door de referendumuitslag werd afgeschoten, wil de gemeente vier losse sportprojecten aanleggen. Dat roept bij gemeenteraadslid Maaike van Vliet (VVD) vragen op. Het stadsbestuur (D66, GL en PvdA) werd bij de sportnota toch gemaand vooral sportverenigingen te ondersteunen? Uit onvrede hierover dient het raadslid bij de begrotingsbespreking deze week een voorstel in geen geld voor losse projecten te bestemmen maar te besteden aan Leidse sportverenigingen.
door Hans Schuurman
Met de uitslag van het stadsreferendum dit voorjaar over het wijksportpark Roomburg moest B.&W. noodgedwongen haar plannen corrigeren voor de aanleg van een derde hockeyveld. Raadslid Van Vliet, de sport & financiën woerdvoerder van haar partij, vernam een half jaar helemaal niets over een andere besteding van het gereserveerde geld, maar zag tot haar ontsteltenis in de meerjarenplannen dat de gereserveerde 256.000 euro per jaar (rente in terugbetaling) ook niet naar andere Leidse sportverenigingen ging. Van Vliet: “Het stadsbestuur kiest ervoor om bijna één miljoen euro te spenderen aan vier kleine voorzieningen voor de ‘ongebonden’ sporter, waarbij je moet denken aan een bootcampparcours, buitenklimwand en dergelijke. De gebruikstoewijzing naar de ‘ongebonden sporter’ levert bovendien vaak onzekerheden op over verantwoordelijkheid en toezicht op staat van onderhoud en geld dat daarvoor op zij gezet geld is .
Volgens Van Vliet geeft Leiden relatief weinig geld uit aan de sport als je naar de begroting kijkt. De VVD’er vindt het daarom des te onbegrijpelijker dat het schaarse geld dat reeds werd vrijgemaakt voor de sportvereniging LHC Roomburg, nu wordt geïnvesteerd in losse nauwelijks geduide sportvoorzieningen. Zij zet zo haar vraagtekens erbij of deze losse sportvoorzieningen publiekelijk gewenst zijn, veel gebruikers zal trekken en de juiste groepen Leidenaren ook stimuleert tot meer bewegen. “Dit stadsbestuur wil pronken met ondoordachte hobbyplannetjes”, zegt Van Vliet.
Het is een publiek geheim dat de VVD indertijd wél voorstander was van de aanleg van een derde hockeyveld. Daarom steekt hen des te meer dat het daarvoor gereserveerde geld zo lichtvaardig een ander bestemming krijgt. Van Vliet over een betere bestemming van het geld: “Wat de VVD betreft moeten we vooral sport vrijwilligers ondersteunen. Zij zijn het die hun verenigingen na deze coronacrisis weer kunnen laten opbloeien. Geen geld stoppen in ondoordachte losse projectjes, meer geld en aandacht voor de Leidse sportverenigingen die daar al jaren om vragen en hen eindelijk de extra ruimte of middelen bieden die zij hard nodig hebben”.