De FNV, de grootste vakbond van Nederland met 900.000 leden, eist een loonsverhoging die gelijke tred houdt met prijsverhogingen. Behalve deze automatische prijscompensatie moet ook het minimumloon, bij een 36-urige werkweek nu nog € 11,26, moet volgens deze vakbond op z’n minst naar € 14,- ,. Een percentuele verhoging waarmee ook de AOW en de uitkeringen moeten stijgen. Met deze strijdlustige boodschap kwam Gerben van der Meulen, algemeen bestuurslid van de FNV maandag naar Leiden.
door Hans Schuurman
Van der Meulen verzekerde zijn verlangend gehoor in het Vakbondshuis aan de Rooseveltstraat dat in de Collectieve arbeid overeenkomst (Cao) bij de grote bedrijven ‘genoeg te halen’ valt. Hij refereerde aan het schitterend succes bij de spoorwegen. Waar, na 6 dagen staken, een Cao werd afgesloten voor 18 maanden met een loonsverhoging van gemiddeld 9,25% plus twee keer een uitkering van € 1.000,- en het minimum uurloon van € 14,-werd ingevoerd. Van der Meulen voorspelde een soortgelijk succes bij het streekvervoer waarvan de krachtmeting aanstaande is.
Van der Meulen: “Het gaat grote concerns zoals Shell; Heineken; Post NL en Unilever economisch zeer voor de wind en de FNV eist voor de factor arbeid haar rechtmatig deel op”. Bij de FNV rouleren momenteel looneis percentages tot wel 17% .
Haasje over effect
En wat kan de FNV betekenen voor de sectoren die het door corona, energieprijsverhoging of tegenslag ‘t moeilijk hebben? De FNV is ook partij bij de Cao’s voor bakkersbedrijven, horeca, podia om er maar een paar te noemen. Van der Meulen blaast na die vraag iets minder hoog van de toren. In bedekte termen erkent hij dat er voor (te) hoge looneisen ook ruimte moet zijn en de werkgelegenheid niet in gevaar mag komen. Staat ons een periode van loondifferentiatie te wachten? Gaan er grote verschillen in beloning ontstaan voor werknemers bij economisch sterke – en zwakke sectoren en houdt de overheid voor haar eigen personeel en gesubsidieerde sector de hand op de knip? De FNV, met verwijzing naar de loongolf in de jaren ‘70 van de vorige eeuw, doet laconiek over het gevolg van beurtelings stijgen van lonen en prijzen, het ‘haasje over’ effect.
De vakbondsman Van der Meulen: “Mensen werken steeds meer, maar zien daar steeds minder voor terug, ons land verkeert in een inkomenscrisis en de verkeerde mensen krijgen de rekening gepresenteerd”. “Ons land kán beter en ons land verdient beter”. De slogan: ‘Nederland verdient beter’, staat centraal in de actiebijeenkomsten verspreid over het land op 10 november. De dichtstbijzijnde bijeenkomst voor Leidenaren is in Haarlem. Op 24 november wordt in het Olympisch Stadion in Amsterdam het landelijk startschot voor acties met deze inzet gegeven.