Bomen geplant in de volle grond leveren een bijdrage aan klimaatadaptatie en doorbreken de verstening in de stad. Maar bij gebrek aan bovengrondse – én ondergrondse ruimte is er helaas (te) weinig plaats voor. Bomen in kuipen zijn buitensporig duur, hebben minder ruimte om te groeien, moeten in droge periodes van water voorzien worden en hun levensduur is betrekkelijk kort. Dat staat in de antwoorden van B&W op vragen van de gemeenteraadsleden Lianne Raat en Laura Delver van de Partij voor de Dieren (PvdD). De gemeente vindt mobiele bomen beter dan géén bomen. De PvdD ziet dat anders en vindt dat versteende stadsruimte maar plaats moet maken voor bomen, struiken en planten in de volle grond. Het stadsbestuur wijst erop dat pleinen als Lammermarkt en Beestenmarkt, zo vaak als evenementenlocatie dienstdoen dat verrijdbare bossen veel transportwerk is en kostbaar. Recent werd op suggestie van PvdA/GroenLinks een voorstel ‘verplaatsbaar groen’ aangenomen voor een proef met verplaatsbaar groen op het Arsenaalplein in 2024-2026, voorafgaand aan de ontwikkeling van de Humanities Campus. Doel van deze pilot is om ervan te leren of, en in welke situaties, verplaatsbaar groen een aanvulling kan zijn op de vergroeningstrategie van de stad. Ook wil B&W ervan leren op welke manier verplaatsbaar groen kan bijdragen aan biodiversiteit, klimaatadaptatie, verhoging van verblijfskwaliteit en speelwaarde van versteende locaties die moeilijk te vergroenen zijn